In de zomer, bij een relatief hoge buitentemperatuur en veel zonuren, wekken PVT-panelen dusdanig veel energie op, dat een deel van deze energie wordt opgeslagen in een WKO-bron (WKO = Warmte Koude Opslag).
In de winter, als de buitentemperatuur relatief laag is en de zon laag aan de horizon staat, wordt de beperkte hoeveelheid energie die door de PVT- panelen wordt opgewekt aangevuld met warmte uit de WKO-bron. In het tussenseizoen wordt warmte uit de PVT-panelen direct gebruikt in de woning.
Een individuele warmtepomp per woning zorgt dat de warmte uit de PVT-panelen en de WKO-bron wordt opgekrikt naar de juiste temperatuur voor de woning. Installaties in de woning en in de wijk worden zodanig op elkaar afgesteld, dat op jaarbasis evenveel warmte aan de WKO-bron is onttrokken als geleverd. Daarmee is het buurtwarmtenet energetisch in balans.
Het zonnewarmtenet is uitgebreid onderzocht en beschreven in TKI DeZonnet. Hier lees je meer over dit project van de TU Delft.